De eerste week in het noorden zit er op en er is tegelijk opvallend veel en opvallend weinig gebeurd.
Wat me op voorhand het meeste zorgen baarde, was de rit vanuit Stockholm waar ik J. zou afzetten, tot aan mijn huisje dat op 2 uur rijden naar het noordoosten lag. Het land van auto’s en beton mag dan wel mijn thuis zijn, ik heb een gruwelijke hekel aan druk verkeer en omdat ik de verschrikkelijke neiging heb om in slaap te vallen in de auto, beperk ik mijn ritten tot haalbare trajecten en vermijd ik autorijden wanneer het heel warm is. In mijn pre-airco- auto heeft warmte zo ongeveer hetzelfde effect als 5 glazen Duvel ad fundum binnenkappen.
Nu moest ik de laatste 2 uur alleen rijden. En waar ik in België dan vergast tussen camions manoeuvreer, bordjes in het oog probeer te houden en vooral hoop op zo weinig mogelijk file, bol ik hier zorgeloos over de uitgestrekte wegen waarlangs het landschap afwisselt tussen bossen, roodgekleurde boerderijen en rotspartijen die liggen te zonnen aan de kant van de weg. Een ouderwetse map had me reeds verteld welke wegen ik zou moeten nemen en zelfs zonder GPS wist ik het dorp vlakbij mijn huisje te vinden. Hoera voor rustige banen waar hersenen nog efkes de tijd krijgen om na te denken!
Vooraleer ik aan het huisje op de eigenaars ging wachten, kocht ik nog wat brood en kaas in het dorp. Gelukkig scheen de zon, want zo’n 4u later zat ik daar nog. Liep even langs de buren*, maar daar gaf niemand thuis. Nog twee uur en wat Polarbrood later, probeerde ik het nog eens.
* buren als in de mensen het dichts bij, de huisjes liggen er nogal uit elkaar.
Het is best gek wat er allemaal door je hoofd schiet wanneer het allemaal niet volgens plan verloopt, maar op deze manier leerde ik gelijk mijn buren kennen, werd ik verplicht tot een hele middag in de zon aan het meer te niksen (echt, er zijn slechtere manieren om je dag door te brengen!) en sprak ik voor het eerst in het openbaar mijn poging tot Zweeds. Bij mijn andere buren hing er wel wasgoed buiten, maar deed niemand open. “ She’s Finnish,” zei mijn nieuwe buurvrouw. Bijna drie woorden die misschien een complete verklaring bieden.
(hierover meer in het boek “Licht op het noorden” van Stine Jensen)
Gek genoeg was J. alweer thuis nog voor ik de sleutel van mijn hut had, maar ik heb er alvast een paar nieuwe contacten bij en een paar uitnodigingen voor de komende maanden.
Later meer, want als ik nu niet naar huis rij, zijn mijn diepgevroren groenten klaar voor consumptie!